Wat is een bruine kroeg?
In het lied Kleine Café aan de Haven van Vader Abraham worden een paar karakteristieke eigenschappen van het bruine café bezongen, zoals het neonlicht aan de gevel. De tapkast met koper. De voetbalfoto’s aan de muur, de hardgekookte eieren op de bar.
Maar wat maakt een bruine kroeg zo uniek? We duiken in de geschiedenis.

Cafe Rooie Nelis. Bron: 'Kopstoot' (2016)

Hoe lang bestaat de bruine kroeg al?
Cafes horen al eeuwen thuis in onze cultuur. De voorganger van de bruine kroeg, de herberg, was een plek om te drinken, eten, overnachten en te vergaderen. Het aantal herbergen nam in de negentiende eeuw af doordat er een strakker vergunningsstelsel ontstond. De bruine kroeg werd in de 19e eeuw een nostalgische voortzetting van de oude ‘huiskamerkroegjes’, die de meeste herbergen waren.
De toenemende welvaart in de 19e eeuw (en de opkomst van straatverlichting) liet het aantal kroegen omhoog schieten. Elke buurt had zijn eigen kroeg. Zeker in de volksbuurten met kleine arbeiderswoningen was de bruine kroeg een verlenging van de woonkamer. Dit was tot ver in de twintigste eeuw het geval. Het zuur verdiende loon verdween ook vaker in de lades van de kroeguitbaters, dan dat het in het eigen huishouden werd gestoken.
Waarom heet het ‘bruine kroeg’?
Als je deze vraag aan een kroegbaas stelt, zal deze waarschijnlijk naar het plafond wijzen of een schilderijtje van de muur halen. Voor het verbod op roken werden er flink wat sigaretten, pijpen en sigaren opgestoken in de kroegen. Ook de gordijnen getuigden hier vaak van.
Maar een bruin interieur vond men ook simpelweg mooi. Eeuwenlang werd de kleur bruin gebruikt bij het inrichten van het interieur, in tegenstelling tot de lichte interieurs die we nu gewend zijn. Door het gebruik van veel donker hout en het beschilderen van houten pijen, tapkasten en lambriseringen met bruine houtimitatie werd een warme plek gecreëerd.


Hoe gaat het met de bruine kroeg?
Maar de stamgasten worden steeds ouder en de kroegen steeds minder bruin. De smaak van het publiek veranderd. Stamgasten zullen verzuchten dat het vroeger gezelliger en drukker was. Veel kroegen sluiten hun deuren. Tussen 2010 en 2015 daalde het aantal cafés en kroegen al van 8400 naar 6500.
In een tijd waarin stedelingen weer minder vierkante meters tot hun beschikking hebben en eenzaamheid op de loer ligt, blijft de bruine kroeg een belangrijke plek. Als verstilde huiskamers, die wachten op bezoek. Wie weet worden het ooit plekken, die we gaan beschermen als erfgoed. Tot het zover is, blijven we een pintje drinken aan de toog.